1: Wat is vrijheid?

Wat is vrijheid eigenlijk? Voordat je een speech kan maken over vrijheid is het belangrijk om te weten wat vrijheid betekent. Hiervoor kan je een kijkje nemen op deze websites:

• “Vrijheid, is een veel gebruikt begrip. Vrijheid, houdt in dat je vrij bent, om zelf te bepalen wat je wilt doen, hoe je het wilt doen.” Op de website van Wikikids vind je meer over de betekenis van vrijheid.
• Welke verschillende vrijheden er zijn opgenomen in het kinderrechtenverdrag:
• Artikel 13: Vrijheid van meningsuiting
• Artikel 14: Vrijheid van geloof
• Artikel 15: Vrijheid van vereniging‘

2: Waarom is vrijheid belangrijk?

In vrijheid leven doe je nooit alleen. Vrijheid deel je met de mensen om je heen! Vraag daarom aan twee of drie mensen wat vrijheid voor hem of haar betekent. (Video)bel bijvoorbeeld opa en oma, de buren, vrienden uit de buurt of kinderen van een andere school. Praat met ze over vrijheid en vraag in ieder geval:

1. Waarom vind jij vrijheid zo belangrijk?
2. Welke vrijheid vind je het fijnst/geniet je het meest van?
3. Kan ik iets voor je doen zodat jij je vrij voelt?

Vergeet niet de antwoorden op te schrijven!

3: Wat betekent vrijheid voor mij? 

Bekijk de antwoorden die je hebt opgeschreven tijdens de gesprekken. Probeer nu de volgende vragen te beantwoorden:

1. Wat betekent vrijheid voor jou?
2. Wat heb je geleerd van de mensen waarmee je over vrijheid gepraat hebt?
3. Wat wil jij doen voor vrijheid, voor jezelf en/of anderen?

De antwoorden kunnen bestaan uit een paar losse woorden, een zin, of al een kort verhaaltje. Dit kan je straks gebruiken om jouw vrijheidsspeech te schrijven. Probeer drie antwoorden te bedenken.

Voorbeeld antwoorden:
Vrijheid is voor mij…

1. Veilig buiten spelen
2. Langs gaan bij vrienden
3. Naar school gaan

4: Mijn vrijheidsspeech

Wat betekent vrijheid voor jou? Dat ga je uitleggen in een speech van maximaal twee minuten. Hieronder vertellen we hoe je het beste een speech kunt maken.

Het vertellen van een verhaal kan uitdagend zijn. Daarom is het voor jezelf fijn dat er in jouw speech een duidelijk begin, midden, en einde zit. Dit noemen we de structuur. Door structuur te gebruiken weet je zeker dat je alles vertelt in je speech. Extra fijn: degenen die luisteren kunnen door die structuur je verhaal heel goed volgen!

Een goede structuur om te gebruiken is de ‘kop-romp-staart’. Denk maar aan een koe: de kop en de staart zijn het kleinst. Deze stukjes in je verhaal zijn ook klein. De romp is het grootst: dit deel van je verhaal dus ook!

De kop-romp-staart structuur bestaat dus uit drie onderdelen:

 Stap 1 – kop

Hierin vertel je waar jouw speech over gaat en vertel je kort wat je allemaal gaat vertellen in je speech (bijvoorbeeld: vrijheid is voor mij 1, 2, 3). In plaats van de cijfers 1,2 en 3, staan er dan natuurlijk de woorden die jij hebt opgeschreven bij punt 3.

Stap 2 – romp

Dit is het middenstuk van je speech. Hier ga je vertellen over de punten die je hebt genoemd in de kop. Je geeft voorbeelden die duidelijk maken waarom vrijheid nou zo belangrijk voor jou is.

Zo kan je bijvoorbeeld het volgende vertellen: ‘Vrijheid gaat voor mij over kunnen spelen. Hiermee bedoel ik bijvoorbeeld veilig buiten kunnen spelen. Het is fijn dat ik hier zonder mijn ouders naar de speeltuin kan om samen met mijn vrienden te spelen.’

Vervolgens vertel je ook zo’n soort verhaal over de andere woorden die voor jou samen vatten waarom vrijheid voor jou belangrijk is.

 Stap 3 – staart

Als je alle punten hebt uitgelegd, ben je al best eventjes aan het praten. Voor de jury is het dan fijn als je alles even samenvat. Noem dus nog een keer welke redenen jij hebt om vrijheid belangrijk te vinden zodat de jury het goed weet!

Gaat dit goed? Dan kun je nog twee dingen toevoegen aan je speech:

• Een aandachtstrekker: dit is een kort verhaaltje waarmee je je speech opent. Hiermee zorg je dat het publiek naar jou kijkt en niet naar andere dingen. Dit kan zo kort als één zin zijn, zolang het de aandacht maar trekt! Je kan met een voorbeeld beginnen, of bijvoorbeeld iets korts zeggen als: ‘Vrijheid: wat is dat voor een kind?’
• Een uitsmijter: dit is een korte zin waarmee je de speech eindigt. Probeer in de uitsmijter de boodschap van jouw speech te stoppen. Zo kan je bijvoorbeeld zeggen: ‘Vrijheid: iets wat elk kind belangrijk vindt!’

 Stap 4

Schrijf nu jouw speech. Zorg ervoor dat je antwoord geeft op de vraag: wat betekent vrijheid voor mij? Vertel ook wat je van de gesprekken over vrijheid met anderen (oma/buurman/vriend) hebt geleerd.

 Stap 5 De speech oefenen

Als je jouw speech uit gaat spreken is het belangrijk om te denken aan je presentatie. Zo zet je je verhaal extra kracht bij. Dit doe je door bijvoorbeeld je vuist te ballen, of juist wat harder gaan praten of wat zachter. Ook kun je soms twee of drie seconden stil zijn na een goed argument of voorbeeld, zodat je publiek extra goed kunnen nadenken over wat je net zei.